Tartaarsaus over? Probeer eens deze aardappelsalade
Misschien herken je dit ook: je hebt een potje tartaarsaus aangebroken voor de vissticks, maar daarna blijft-ie eenzaam in de koelkast staan. Zonde! Met een paar simpele ingrediënten maak je er in vijf minuten een heerlijk bijgerecht van.
Aardappelsalade met tartaarsaus en kappertjes
Deze salade is fris, romig en net even anders. De tartaarsaus zorgt voor die typische pittige touch, zonder dat je extra mayonaise of dressing hoeft te maken.
Ingrediënten (voor 2-3 personen):
- 500 g vastkokende aardappels
- 3 el tartaarsaus
- 1 el volle yoghurt (optioneel, voor extra frisheid)
- 1 kleine rode ui, fijngesnipperd
- 2 el kappertjes
- 2 kleine augurken, in blokjes
- 1 el verse dille of bieslook, fijngehakt
- Zout en peper naar smaak
Bereiding:
- Schil de aardappels (of laat de schil eraan voor extra bite), snijd in blokjes en kook ze in gezouten water gaar maar stevig, zo’n 10-12 minuten. Giet af en laat afkoelen.
- Meng in een ruime kom de tartaarsaus met de yoghurt (als je die gebruikt), rode ui, kappertjes, augurk en de verse kruiden.
- Voeg de afgekoelde aardappelblokjes toe en schep alles voorzichtig door elkaar.
- Breng op smaak met zout en flink wat versgemalen peper.
- Zet minstens 30 minuten in de koelkast zodat de smaken goed intrekken — maar eerlijk? Lauwwarm is ‘ie ook al lekker.
Variatietips
Geen kappertjes in huis? Gebruik wat extra augurk of een likje mosterd. Liever wat pit? Voeg een fijngesneden jalapeño toe of een snufje cayenne. Overigens een tartaarsaus variant met jalapeño is echt iets voor bv. een lamsburger. Mannen die wel eens achter de bbq staan, letten we op?!
Even lekker als makkelijk
Deze salade is het bewijs dat je met restjes iets verrassends kunt maken. Serveer ‘m naast een stukje gegrilde zalm, bij de barbecue, of gewoon als lunch met een snee zuurdesembrood. En wees eerlijk: zo’n potje tartaarsaus voelt ineens als goud in je koelkast.